Schola Catharina



3e Zondag door het jaar

Introitus A en B (Mt. 4, 18.19)
Dominus secus mare Galilaeae vidit duos fratres, Petrum et Andream, et vocavit eos: Venite post me: faciam vos fieri piscatores hominum. De Heer zag langs het meer van Galilea twee broers, Petrus en Andreas, en Hij heeft hen geroepen: Komt, Mij achterna Ik zal maken dat u vissers van mensen wordt.
Tussenzang (Ps. 18):
Caeli enarrant gloriam Dei: et opera manuum eius annuntiat firmamentum. De hemelen verhalen de roem van God: en de werken van zijn hand verkondigt het firmament.
Introitus C (Ps. 96, 7-8)
Adorate Deum omnes Angeli eius: audivit, et laetata est Sion: et exsultaverunt filiae Iudae. Aanbidt God, al zijn Engelen: Sion heeft geluisterd, en heeft zich verheugd; en de dochters van Juda hebben gejubeld van vreugde.
Tussenzang (Ps. 96, 1):
Dominus regnavit, exsultet terra: laetentur insulae multae. De Heer heeft zijn koningschap doen gelden, laat de aarde juichen: de vele eilanden zich verblijden.
Graduale (Ps. 101, 16.17)
Timebunt gentes nomen tuum, Domine, et omnes reges terrae gloriam tuam. Quoniam aedificavit Dominus Sion, et videbitur in maiestate sua. Vrezen zullen de volkeren uw Naam, Heer, en alle koningen der aarde uw roem. Omdat de Heer de Sion gebouwd heeft, en zich heeft geopenbaard in zijn majesteit.
Alleluia (Ps. 96, 1)
Alleluia. Dominus regnavit, exsultet terra: laetentur insulae multae. Alleluia Alleluia. De Heer heeft zijn koningsmacht uitgeoefend; laat de aarde juichen, laten de vele eilanden zich verheugen. Alleluia.
Offertorium (Ps. 117, 16.17)
Dextera Domini fecit virtutem, dextera Domini exaltavit me: De rechterhand van de Heer heeft haar kracht doen gelden; de rechterhand van de Heer heeft mij verheven.
non moriar, sed vivam, et narrabo opera Domini. Ik zal niet sterven, maar ik zal leven, en ik zal de werken van de Heer bekend maken.
Communio A en B (Mt. 4, 19.20)
Venite post me: faciam vos piscatores hominum: at illi, relictis retibus et navi, secuti sunt Dominum. Komt, Mij achterna; Ik zal u vissers van mensen maken; en zij, nadat zij hun netten en schip achtergelaten hadden, zijn de Heer gevolgd.
Tussenzang (Ps. 118,1):
Beati immaculati in via, qui ambulant in lege Domini. Zalig zij die onbevlekt hun weg gaan, die wandelen volgens de wet van de Heer.
Communio C (2 Ezr. 8, 10)
Comedite pinguia, et bibite mulsum, et mittite partes eis qui non praeparaverunt sibi: sanctus enim dies Domini est, nolite contristari: gaudium etenim Domini est fortitudo nostra. Eet vette spijzen, en drinkt honingwijn, en zet gedeelten voor aan hen die geen voorbereidingen getroffen hebben voor zichzelf; heilig is immers de dag van de Heer; wil niet bedroefd worden, de vreugde des Heren is immers onze kracht.
Tussenzang (Ps. 80, 2):
Exsultate Deo adiutorio nostro: iubilate Deo Iacob. Juicht voor God onze helper: jubelt voor de God van Jacob.