Schola Catharina



33e Zondag door het jaar

Introitus (Jer. 29, 11. 12. 13. 14; Ps. 84)
Dicit Dominus Ego cogito cogitationes pacis, et non afflictionis: invocabis me et ego exaudiam vos: De Heer zegt: ik koester gedachten van vrede, en niet van onheil: roep mij aan, en ik zal u verhoren:
et reducam captivitatem vestram de cunctis locis. en uit uw gevangenschap leiden vanuit  alle plaatsen.
Tussenzang (Ps. 84. 2):
Benedixisti Domine terram tuam: avertisti captivitatem Iacob. Gezegend, Heer, hebt Gij Uw aarde: afgewend de gevangenschap van Jacob.
Graduale (Ps. 43, 8.5)
Liberasti nos, Domine, ex affligentibus nos: et eos, qui nos oderunt, confudisti. Gij hebt ons bevrijd, Heer, van hen die ons onheil brengen: en hen, die ons haten, hebt gij in verwarring gebracht.
In Deo laudabimus tota die, et nomini tuo confitebimur in saecula. De Heer loven wij de ganse dag, en Uw Naam zullen wij belijden tot in eeuwigheid.
Alleluia (Ps. 129, 1.2)
Alleluia. De profundis clamavi ad te, Domine: Domine, exaudi vocem meam. Alleluia. Alleluia. Uit de diepten heb ik geroepen tot U, Heer: Heer, verhoor mijn stem. Alleluia.
Offertorium (Ps. 129, 1.2)
De profundis clamavi ad te, Domine: Domine exaudi orationem meam: de profundis clamavi ad te, Domine. Uit de diepten heb ik geroepen tot U, Heer: Heer verhoor mijn gebed: uit de diepten heb ik geroepen tot U, Heer.
Communio A (Mt. 25, 20.21)
Domine, quinque talenta tradidisti mihi: ecce, alia quinque superlucratus sum. Heer, vijf talenten heb Gij mij gegeven: kijk, nog eens vijf heb ik erbij verdiend.
Euge serve fidelis, quia in pauca fuisti fidelis, supra multa te constituam, intra in gaudium Domini tui. Goed zo trouwe dienaar, omdat ge in weinig trouw geweest zijt, zal ik u over veel aanstellen, treedt binnen in de vreugde van uw Heer.
Tussenzang (Ps. 118, 1):
Beati immaculati in via, qui ambulant in lege Domini. Zalig die zuiver hun weg gaan, die wandelen volgens de wet van de Heer
Communio B en C (Mc. 11,24)
Amen dico vobis, quidquid orantes petitis, credite quia accipietis, Voorwaar ik zeg u, wat ge biddend vraagt, gelooft want gij het zult verkrijgen,
et fiet vobis. en het zal u geschieden.
Tussenzang (Ps. 60. 2):
Exaudi, Deus, deprecationem meam, intende orationi meae. Verhoor, Heer, mijn smeken, richt u naar mijn gebed.