Schola Catharina



32e Zondag door het jaar

Introitus (Ps. 87, 3)
Intret oratio mea in conspectu tuo: inclina aurem tuam ad precem meam, Domine. Moge mijn bidden tot Uw aanschijn doordringen; neig Uw oor naar mijn gebed, Heer.
Tussenzang (Ps. 87, 2):
Domine, Deus salutis meae: in die clamavi, et nocte coram te. Heer, God mijn heil; overdag heb ik geroepen, en 's nachts ben ik bij U.
Graduale (Ps. 140, 2)
Dirigatur oratio mea sicut incensum in conspectu tuo, Domine. Elevatio manuum mearum sacrificium vespertinum Moge mijn bidden omhoog geleid worden zoals wierook voor Uw aanschijn, Heer. Het opheffen van mijn handen is een avondoffer.
Alleluia A (Mt. 25, 4.6)
Alleluia. Quinque prudentes virgines acceperunt oleum in vasis suis cum lampadibus: media autem nocte clamor factus est: Ecce sponsus venit: exite obviam Christo Domino. Alleluia. Alleluia. De vijf verstandige meisjes namen olie in kruiken mee met hun lampen; echter midden in de nacht klonk geroep: Kijk de bruidegom komt; gaat uit, Christus de Heer tegemoet. Alleluia.
Alleluia B en C (Ps. 147, 3)
Alleluia. Qui posuit fines tuos pacem, et adipe frumenti satiat te. Alleluia. Alleluia. Hij legt vrede op aan uw gebied, en verzadigt u met graan. Alleluia.
Offertorium (Ps. 118, 133)
Gressus meos dirige, Domine, secundum eloquium tuum: ut non dominetur omnis iniustitia, Domine. Richt mijn schreden, Heer, volgens Uw woord, opdat geen enkele ongerechtigheid overheerst, Heer.
Communio A (Mt. 25, 4.6)
Quinque prudentes virgines acceperunt oleum in vasis suis cum lampadibus: media autem nocte clamor factus est: Ecce sponsus venit: exite obviam Christo Domino. De vijf verstandige meisjes namen olie in kruiken mee met hun lampen; echter midden in de nacht klonk geroep: Kijk de bruidegom komt; gaat uit, Christus de Heer tegemoet.
Tussenzang (Ps. 44, 2ab):
Eructavit cor meum verbum bonum: dico ego opera mea regi. Opgetogen verkondigt mijn hart het goede woord; ik zing mijn dichtwerken voor de koning.
Communio B en C (Ps. 22, 1.2)
Dominus regit me, et nihil mihi deerit: in loco pascuae ibi me collocavit: super aquam refectionis educavit me. De Heer leidt mij, en niets ontbreekt mij: op een grazige plek heeft Hij mij geplaatst; naar verkwikkend water heeft Hij mij gebracht.
Tussenzang (Ps. 22, 1-2a):
Dominus pascit me, et nihil mihi deerit: in pascuis virentibus me collocavit. De Heer weidt mij, en niets zal mij ontbreken; op grazige weiden heeft Hij mij geplaatst.