Schola Catharina



29e Zondag door het jaar

Introitus (Ps. 16, 6-8)
Ego clamavi, quoniam exaudisti me, Deus: inclina aurem tuam, et exaudi verba mea: custodi me, Domine, ut pupillam oculi; sub umbra alarum tuarum protege me. Ik heb U aangeroepen, omdat U mij verhoord heeft, God, luister naar mij, en verhoor mijn woorden: Waak over mij, Heer, als over Uw oogappel, bescherm mij onder de schaduw van Uw vleugelen.
Tussenzang (Ps.16, 1):
Exaudi, Domine, iustitiam meam, intende deprecationem meam. Sla acht, Heer, op mijn rechtvaardigheid, verhoor mijn gebed.
Graduale (Ps. 27, 9.1)
Salvum fac populum tuum, Domine: et benedic hereditati tuae. Breng heil over uw volk, Heer, en zegen uw erfdeel.
Ad te Domine clamavi: Deus meus, ne sileas a me, et ero similis descendentibus in lacum. Tot U Heer heb ik geroepen; mijn Heer, opdat U niet blijft zwijgen, en ik gelijk zal zijn aan hen die te gronde gaan.
Alleluia (Ps, 145, 2)
Alleluia. Lauda, anima mea, Dominum: laudabo Dominum in vita mea: psallam Deo meo, quamdiu ero. Alleluia. Alleluia. Loof, mijn ziel, de Heer; ik zal de Heer loven heel mijn leven lang; psalmen zingen voor mijn God, zolang als ik zal zijn. Alleluia.
Offertorium (Ps. 118, 47.48)
Meditabor in mandatis tuis, quae dilexi valde: et levabo manus meas ad mandata tua, quae dilexi. Overwegen zal ik Uw geboden, die ik zeer bemind heb; en mijn handen opheffen naar Uw geboden, die ik bemind heb.
Communio (Ps. 8, 2)
Domine Dominus noster, quam admirabile est nomen tuum in universa terra. Heer, onze Heer, hoe bewonderenswaardig is Uw Naam over heel de aarde.
Tussenzang (Ps. 8, 2c):
Quoniam elevata est magnificentia tua super caelos. Immers: verheven is Uw majesteit hoog aan de hemelen.