Schola Catharina



28e Zondag door het jaar

Introitus (Ps. 129, 3-4)
Si iniquitates observaveris, Domine, Domine quis sustinebit? Quia apud te propitiatio est, Deus Israel. Als Gij acht slaat op ongerechtigheden, Heer, Heer wie zal dan stand houden? Maar bij U is vergeving, God van Israël.
Tussenzang (Ps. 129):
De profundis clamavi ad te, Domine; Domine exaudi vocem meam. Uit de diepten heb ik tot U geroepen, Heer; Heer hoor naar mijn stem.
Graduale A (Ps. 22, 4)
Si ambulem in medio umbrae mortis, non timeo mala: quoniam tu mecum es, Domine. Virga tua, et baculus tuus, ipsa me consolata sunt. Al wandel ik midden in de schaduw van de dood, ik vrees geen kwaad; omdat Gij met mij zijt. Uw stok en uw staf, zij zijn mijn troost.
Graduale B en C (Ps. 132, 1.2)
Ecce quam bonum, et quam iucundum habitare fratres in unum. Sicut unguentum in capite, quod descendit in barbam, barbam Aaron. Zie, hoe goed en hoe weldadig het is, om als broeders samen te wonen. Als balsem op het hoofd, die afdruipt op de baard, de baard van Aäron.
Alleluia (Ps. 113, 11)
Alleluia. Qui timent Dominum, sperent in eo: adiutor et protector eorum est. Alleluia. Alleluia. Die de Heer vrezen, laten zij op Hem hopen: Hij is hun Helper en Beschermer. Alleluia.
Offertorium (Est. 14, 12.13)
Recordare mei, Domine, omni potentatui dominans: da sermonem rectum in os meum, ut placeant verba mea in conspectu principis. Gedenk mij, Heer, heerser over alle machten; geef mij het juiste woord in de mond, opdat mijn woorden behagen vinden voor het aanschijn van de vorst.
Communio (Ps. 118, 22.24)
Aufer a me opprobrium et contemptum, quia mandata tua exquisivi, Domine: nam et testimonia tua meditatio mea est. Neem smaad en minachting van mij weg, omdat ik uw geboden heb nageleefd, Heer, want uw voorschriften zijn in mijn gedachten.
Tussenzang (Ps. 118,1):
Beati immaculati in via, qui ambulant in lege Domini. Zalig zij die onbevlekt hun weg gaan, die wandelen volgens de wet van de Heer.