Schola Catharina



18e Zondag na Pinksteren

Introitus (Sir. 36, 18)
Da pacem, Domine, sustinentibus te, ut prophetae tui fideles inveniantur: exaudi preces servi tui et plebis tuae Israel. Geef vrede, Heer, aan wie op U steunen, opdat Uw profeten trouw bevonden worden: Verhoor de gebeden van Uw dienaar en Uw volk Israël.
Tussenzang (Ps. 121):
Laetatus sum in his quae dicta sunt mihi: in domum Domini ibimus. Verheugd ben ik over de dingen die mij gezegd zijn: wij gaan naar het huis van de Heer.
Graduale (Ps. 121, 1.7)
Laetatus sum in his quae dicta sunt mihi: in domum Domini ibimus. Fiat pax in virtute tua: et abundantia in turribus tuis. Verheugd ben ik over de dingen die mij gezegd zijn: naar het huis van de Heer trekken wij op. Moge vrede heersen in uw vesting: en overvloed binnen uw torens.
Alleluia (Ps. 101, 16)
Alleluia. Timebunt gentes nomen tuum, Domine: et omnes reges terrae gloriam tuam. Alleluia. Alleluia. Vrezen zullen de volkeren Uw Naam, Heer, en alle vorsten der aarde Uw roem. Alleluia.
Offertorium (Vgl. Ex. 24, 4.5)
Sanctificavit Moyses altare Domino, offerens super illud holocausta, et immolans victimas: fecit sacrificium vespertinum in odorem suavitatis Domino Deo, in conspectu filiorum Israel. Mozes wijdde de Heer een altaar, bracht daarop brandoffers, en slachtte offerdieren: Hij bracht een avondoffer tot een liefelijke geur voor God de Heer, ten aanschouwen van de kinderen van Israël.
Communio (Ps. 95, 8.9)
Tollite hostias, et introite in atria eius: adorate Dominum in aula sancta eius. Neemt offergaven mee en treedt in zijn voorhof: aanbidt de Heer in zijn heilig paleis.
Tussenzang (Ps. 31):
Cantate Domino canticum novum, cantate Domino, omnis terra. Zingt voor de Heer een nieuw lied, zingt voor de Heer, heel de aarde.